De Opleiding

Het dogma II.1 plan

De gehele opleiding is onderverdeeld in twee groepen:

  • Maten in opleiding (mio's)
  • Schippers in opleiding (sio's)

De mio's en sio's worden na elke schippersvergadering bekend gemaakt.

Maat-in-opleiding

Van de maat-in-opleiding wordt verwacht dat men met grote regelmaat vaart, aanwezig is bij alle maat theorieavonden en bijdraagt aan het winteronderhoud en/of andere taken binnen de Stichting. Wijkt de maat in opleiding hier zonder goede reden vanaf, dan kan zijn/haar opleiding tijdelijk stop gezet worden. Het is belangrijk om als maat in opleiding enthousiasme te tonen en actief mee te draaien in de organisatie.

De theorie zal bestaan uit minstens twee maat-in-opleiding theorieavonden die een wat specifieker karakter zullen hebben dan de algemene theorieavonden. Verder zijn er een aantal schippers toegewezen voor de hele groep mensen op dit niveau om als groepsbegeleiders te functioneren. Deze "maat in opleiding" schippers kunnen verdere verdieping van specifieke theorie vragen door het overhandigen van handleidingen en/of beperkte of gezamenlijke begeleiding.

De praktijk zal bestaan uit het oefenen in functioneren als maat aan boord van Trui. Dit zal dus onder andere bestaan uit het goed kennen van het schip, uitleg geven aan de bemanning, het schip kunnen varen op motor en zeil en dergelijke. Er zal ruimte zijn voor het oefenen van manoeuvres op motor en zeil. De maat-in-opleiding wordt gevolgd qua capaciteiten en voortgang wordt beperkt gedocumenteerd. Terugkoppeling van voortgang vinden voornamelijk tijdens de vaart plaats en waar nodig ook via een van de "maat-in-opleiding" schippers. De "maat-in-opleiding" schippers dienen als eerste aanspreekpunt voor vragen naast de schippers aan boord.

De minimale vereisten om maat te worden zijn: kunnen zeilen, met de motor om kunnen gaan, op zeil en motor kunnen manoeuvreren op open water, op de hoogte zijn van basis regels op het water, het schip goed kennen en inzicht hebben in (ge)vaar situaties.

Schipper-in-opleiding

Van schippers in opleiding wordt verwacht dat men met grote regelmaat vaart, aanwezig is bij alle (persoonlijk af te spreken) contact avonden, liefst aanwezig is bij alle theorieavonden en bijdraagt aan het winteronderhoud en/of andere taken binnen de Stichting. Wijkt de schipper-in-opleiding hier zonder goede reden vanaf, dan kan zijn/haar opleiding tijdelijk stop gezet worden. Als schipper-in-opleiding is enthousiasme, leergierigheid, kritische kijk en actief meedraaien natuurlijk een vereiste.

Door persoonlijke begeleiding van een schipper zal de theorie toegesneden zijn op de desbetreffende schipper-in-opleiding. De contact avonden worden in samenspraak met de schipper in opleiding opgesteld en kunnen variëren in hoeveelheid en duur afhankelijk van wensen en mogelijkheden. Kritische kijk op eigen prestaties en vermogen worden verwacht om van twee kanten de opleiding zo effectief mogelijk te maken.

Het behalen van klein vaarbewijs I & II en een EHBO-cursus behoort tot de aanbevelingen. Het behalen van een marifooncertificaat is verplicht om schipper te kunnen worden. Daarnaast kan de schipper specifieke lectuur meegeven ter studie. Ten slotte bestaat de mogelijkheid dat de capaciteiten getest worden door middel van een contactavond met maximaal drie maten-in-opleiding. Dit kan bestaan uit het door de schipper-in-opleiding laten behandelen van stukjes theorie en/of het simuleren van situaties aan boord.

De praktijk zal gekenmerkt worden door het oefenen in het functioneren als schipper. De toegewezen schipper zal van tevoren en achteraf de belangrijkste punten met de varende schipper en schipper-in-opleiding doornemen om de vaartijd zo effectief mogelijk te maken. Uiteraard wordt er ruimte gecreëerd voor het uitvoeren van manoeuvres. In een later stadium zal het meevaren met (onbekende) verhuur sterk gestimuleerd worden. Tijdens de vaart zal uiteraard de directe terugkoppeling van de varende schipper plaats vinden. De schipper-in-opleiding wordt nauw gevolgd qua vorderingen en de voortgang wordt uitgebreid gedocumenteerd. De toegewezen schipper dient als belangrijk aanspreekpunt bij vragen en als persoonlijk begeleider van de schipper-in-opleiding.

Overgang tot schipper wordt bepaald door het schipperscollectief en vereist dat men in het bezit is van een basiscertificaat marifoon, in staat is het schip zelfstandig te varen en dus alle eigenschappen die nodig zijn om schipper te zijn beheerst (navigatie, inzicht, communicatie, zeil- en motorbeheersing, organisatie, planning e.d.).

Slotopmerkingen van algemene aard

Het is niet noodzakelijk alle niveaus door te lopen om schipper te worden al zal dit in het overgrote deel van de gevallen wel zo zijn. De beoordeling is dus niet alleen afhankelijk van vooropleidingen binnen Trui.

De meest effectieve terugkoppeling of discussie over situaties vind bij voorkeur niet plaats aan de bar, maar op een wat meer besloten plek. Dit niet alleen om wilde verhalen tegen te gaan, maar vooral ook om de zaak goed te kunnen bespreken. Ook staat alcohol niet bekend om zijn positieve uitwerking op het geheugen.

De voorzitter van het schipperscollectief is het aanspreekpunt in het geval er geschillen ontstaan tussen mensen in opleiding en een schipper (mocht de schipper in kwestie voorzitter zijn dan zal het schipperscollectief een andere schipper aanwijzen om als zodanig te functioneren). In uiterste gevallen kan de Stichting bemiddelen.

De begeleidende schippers worden halfjaarlijks gerouleerd, zodat van verschillende schippers geleerd kan worden.

Samenvattend

Wat bieden we: een gestructureerde opleiding met intensieve begeleiding in de laatste fase. Wat vragen we: actieve inzet en participatie.

Recent Changes | Edit Bar | Edit Page | History | Security
Powered by PmWiki