Op deze maandagmorgen is de botter hellingaf gegleden. Het filmisch bewijs daarvan volgt later want het zou eigenhandig mijn resterende internetbundel voor deze maand opslokken. Daaraan voorafgaand hebben we nog een paar naden aangeslagen en een GROTE ONTDEKKING gedaan: Harpuis, ook onze eigen, kun je uitstekend met een kwast aanbrengen, mits ie écht warm is.
Na de lunch hebben we de mast er weer op gezet. Met wat duwen en trekken past ie in z’n koker. Daarna hebben Diede en Wiebe een deel van het dek gebreeuwd en ondergetekende heeft zich om de stand van de mast bekommerd. Nadat de mast op zijn plek stond riepen de oud-hellingbaas en de oud-oud-hellingbaas tegen elkaar dat die voorstag toch wel erg los stond en dat ie dus wel niet zo hard en niet zo hoog zou varen. Dat wisten we al maar het was wel weer erger dan met de oude mastkoker, waarin de mast door kleine wigjes achterover gedwongen werd. Die situatie moest dus hersteld en liefst overtroffen worden. Om de mast achterover te trekken hebben we de dirk op beide korvijnagels strakgetrokken. Daardoor ontstond liefst 35 mm ruimte aan de voorkant. Een goede oplossing voor dat probleem is een wig over de gehele breedte van de koker.
Voor een kort intermezzo neem ik u nu mee naar afgelopen winter. Er was binnen het Trui-wereldje enige discussie over de vraag of de nieuwe mastbank van bilinga (Nauclea spp.) of van eik (Quercus sect. Quercus) gemaakt zou moeten worden. Het grote voordeel van bilinga was dat het in de benodigde maat beschikbaar is. Europees eik is natuurlijk het hout waarvan botters oorspronkelijk gebouwd werden. Daarnaast is het iets goedkoper. Zo kwamen we na lang zoeken op de bekende plank van Ivor uit.
Op deze werf wordt volop bilinga verwerkt. De reststukjes daarvan slingeren over de helling en dienen als stempelhout en stutten. Zo’n reststukje trof ik na een korte zoektocht naar geschikt hout om de wig van te maken. Het had allerlei voordelen zoals een geschikte breedte, een grote lelijke kwast en een rommelig randje. Na enige interactie met achtereenvolgens zaagtafel, vlakbank en lintzaag ontstond hieruit de ideale wig. Op deze wijze hoop ik het bilingafront enigszins tegemoet te kunnen komen.
Daarna hebben we nog een klein eikenhouten wigje aan de stuurboordzijde in de onderkant van de koker gespijkerd zodat de mast nu bijna recht staat. Trui gaat nu nog harder zeilen. Morgen is er helaas geen DARP maar anders had de concurrentie haar borst nat kunnen maken.