In principe moet al het blanke houtwerk kaal gekrabd worden. Altijd moet: de buitenkant van de romp, het achterhuisje, de boorden rondom het schip, de swaarden (beide kanten), het roer, de mast, de giek en de kluiverpaal. Er zijn een aantal dingen die niet altijd hoeven. Of iets kaal gehaald hoeft te worden, is afhankelijk van hoe het eruit ziet. Daarbij is het belangrijk of er enige vorm van vergrijzing te zien is, of dat het er simpelweg agesleten is, of de laag die er nog opzit te dun is. Het gaat hier om de binnenkant van de huid, spanten, dekenpoten, zwaardbolders, het vooronderbeschot, de trog en de staande doft (schot waar de motorbediening aanzit).
In het vooronder zijn ook een aantal dingen die bekeken moeten worden. Behalve het grijs worden is hier ook van belang of er schimmel op zit. Deze schimmel moet zo snel mogelijk verwijderd worden. Dit kan je doen door het er af te krabben. Maar als je niet in het winteronderhoud zit kan je het wegpoetsen met peut. Als je schimmel wegkrabt is het ook handig om het daarna in te smeren met peut, alle beestjes en dingetjes gaan dan dood. Wacht dan even met lijnolieën tot de peut is ingetrokken/opgedroog. Het gaat om: de onderkant van de plecht, het kooibeschot, de binnenkant van de huid, de spanten, het naaivlak en de zittingen en leuningen van schippers- en matenkooi.
Als je de blokken gaat krabben, kijk dan goed of dit ook daadwerkelijk nodig is. Ook hier moet je kijken naar vergrijzing of slijtage. Vooral bij de blokken is het van belang dat je geen hout wegkrabt. Let er daarom goed op hoe de nerf van het hout loopt. Krab ook hier met de nerf mee. Het ijzerwerk van het blok moet alleen gekrabd als dit roestig is. De roest moet weg, maar het ijzerwerk hoeft niet blinkend kaal te zijn. Is het ijzerwerk gekrabt, zorg er dan voor dat dit zo snel mogelijk behandeld wordt anders gaat het weer snel roesten.
Bij het krabben moet je op een aantal zaken letten. Vooral mensen die nog niet eerder een krabber gehanteerd hebben op de botter hebben enige begeleiding nodig als ze beginnen. Laat je niet verleiden als ze zeggen dat ze het wel kunnen, krabben is een handigheidje dat je moet leren.
Einddoel van het krabben is om een zo egaal mogelijk kaalgekrabt schip te krijgen
Een krabber slijpen is een verhaal apart. Zorg dat het slijpen zoveel mogelijk door een ervaren iemand gebeurt. Dit is een behoud van de krabbers en het schip. Laat desnoods één iemand alle krabbers slijpen, hij of zij zorgt er steeds vvoor dat er voldoende scherpe op voorraad zijn, zodat mensen niet teveel hoeven te wachten op een scherpe.
Er zijn verschillende methodes om een krabber te slijpen. In ieder geval moet de krabber aan de drie zijden een beetje bol geslepen worden. Zeker niet hol! Slijp ze ook niet al te bol, dan wordt de krabber eerder bot, omdat mensen nu eenmaal het meest met het midden krabben. Zorg er ook voor de hoek die je maakt tijdens het slijpen niet te stomp is, door een stompe hoek is een krabber ook eerder bot (zie tekening).
Tekening van goed en verkeerd slijpen toevoegen
De slijpmachine moet op een stevige ondergrond staan en hij moet vastgezet worden, anders loopt hij van tafel! Slijp een krabber altijd op de fijne (witte) slijpsteen van de slijpmachine. Haal eventuele teer of zaagzels van de krabber voordat je gaat slijpen. Bij het slijpen zelf moet je er op letten dat je zo weinig mogelijk van de krabber slijpt, terwijl hij toch zo scherp mogelijk is. Duw dus nooit te hard! Hou de krabber stevig vast met twee handen als je slijpt, geen ongelukken please! Stop de geslepen zijde direct in een glas water om hem af te laten koelen. Nadat je de drie kanten hebt geslepen moet je even kijken of er geen bramen aan de onderkant van de krabber zitten. Is dit wel zo, haal deze er dan met een fijn schuurpapiertje even af. Krijg je krabers nog maar moeilijk weer scherp? Slijp dan de slijpsteen weer recht.