Het basisprincipe van aanleggen is zo eenvoudig, dat veel mensen het over het hoofd zien. Het luidt als volgt: het schip zodanig bij de kant manouvreren, dat mensen de lijnen vast kunnen leggen. Dit betekent dus dat de boot best onder een gekke hoek bij de kant mag liggen, of vijf meter te ver naar voren. Waar het om gaat, is dat je bemanningsleden veilig en gemakkelijk de lijnen vast kunnen leggen. Je hebt er niets aan als de boot netjes langs de kant ligt, een eitje kan er tussen, maar je mensen kunnen niet bij de bolders! In veel (Duitse) waddenhavens betekent dit bijvoorbeeld dat je de boeg van het schip bij een trappetje moet sturen, zodat twee mensen met de voor- en achterlandvast op de kant kunnen klimmen. In een sluis betekent dit dat je met lage snelheid vlak langs díe bolders stuurt waar je de landvasten wilt hebben.
De aanleg kan in een aantal denkstappen worden onderverdeeld.